Iedere ochtend word ik hier al voor dag en dauw wakker van het hese gekraai van een haan, die de dag te vroeg wil laten beginnen en die soortgenoten wakker maakt. Vaak is er ook wel een hond die probeert of anderen op hem willen reageren. Er woont hier in de buurt een keffertje dat in zijn eentje een enorm kabaal weet te maken en vervolgens door grotere blaffers de les krijgt gelezen.
Op zondagochtend luidt om kwart voor acht een klok van de Nossa Senhora do Rosário, de Onze Lieve Vrouwe van de Rozenkrans, de kerk die het dichtst bij mijn huis staat. Het is een vreemde klok, met een ietwat blikken geluid. Vast geen bronzen kerkklok, maar die kerk is dan ook gebouwd door en voor slaven die vast niet veel te makken hadden. Het gelui heeft er meer van dat iemand met een hamer op een stalen klok slaat; erg wel-luidend is het dus niet. Maar het doel wordt gediend, want ik word er in ieder geval wakker van.
Van buiten en van binnen ziet de kerk er betrekkelijk simpel uit, wat hem een speciale charme geeft. En hoe simpel ook: het is voor Mariana een gezichtbepalende kerk doordat hij hoog tegen een helling ligt en daardoor al van verre uit bijna alle richtingen is te herkennen.
Mocht ik na het gelui weer zijn ingeslapen, dan word ik om tien voor negen opnieuw gewekt door de stoomfluit van de oude Skoda-locomotief van de Maria Fumaça, de trein die op vrijdag, zaterdag en zondag tweemaal van Mariana naar Ouro Preto tuft en zwoegt en die uiteraard ook tweemaal terugkomt. De machinist laat met dat eerste signaal weten dat hij om negen uur vertrekt en het begin van de reis gaat gepaard met een enthousiast gebruik van de stoomfluit. Vanaf mijn veranda zie ik alleen een rookpluim, maar dank zij de fluit kan ik hem korte tijd volgen.
Maria Fumaça is de naam van alle historische treinen die hier en daar door Brazilië crossen; fumaça betekent rook en waar dat Maria vandaan komt – ik zou het niet weten. We verkeren hier in de gelukkige omstandigheid dat we twee spoorlijnen in de buurt hebben; er rijdt ook een prachtig antiek stoomtreintje van São João del Rey naar Tiradentes, op 165 kilometer van Mariana (hier is dat dichtbij). Dat treintje is kleiner en lichter, het hoeft dan ook niet zo sterk te klimmen als de Maria Fumaça van Mariana. Het locomotiefje is meer versierd dan de onze, een beetje zoals we ze kennen uit Wild-West films. Ik moet soms aan Once Upon A Time In The West denken als ik het locomotiefje zie.
Zo blijf ik bij de tijd op vrijdag, zaterdag en zondag. Om negen uur vertrekt Maria Fumaça fluitend en blazend voor haar eerste rit, die een uur duurt. Daarna rust ze in Ouro Preto een uur uit en na nog een uur, om twaalf uur, meldt ze zich weer in Mariana. Hetzelfde ritueel herhaalt zich om twee uur ´s middags, zodat om vijf uur Maria Fumaça voor de tweede keer Mariana binnenrijdt. De locomotief hijgt dan nog een tijdje uit en wordt naar haar rustplaats gereden, waar ze doordeweeks onderhanden wordt genomen door de liefhebbers die voor haar zorgen.
De bus van Mariana naar Ouro Preto doet er maar een minuut of veertig over en vervoert je voor een fractie van de prijs. Maar die rit met Maria Fumaça is wel veel en veel interessanter. Je rijdt door een vrijwel verlaten kloof, voor een groot deel langs een zo steile rotswand dat je langs de rails naar beneden kunt kijken en je hebt soms uitzicht op goudzoekers in een riviertje en op een hoge waterval. Een rit om niet snel te vergeten.
Mooi, beeldend verhaal!
Groet vanuit Nederland,
Bert
Constant(ino),
ik zie het helemaal voor me en hoor de geluiden, ‘n kraaiende haan, keffende hond en een puffende trein 🙂
het zou mooi zijn om daar een keer een plaatje van te zien, zodat wij kunnen meegenieten!
groeten, Jenneken